Verenigde Staten, jaren ´20. In deze tijd van economische malaise ontmoeten ex-gedetineerde Clyde Barrow en serveerster Bonnie Parker elkaar. Het is liefde op het eerste gezicht. Deels om indruk te maken op Bonnie, pleegt Clyde weer een overval. Dit luidt het begin in van een reeks gewelddadige (bank)overvallen. Onder aanvoering van het stelletje trekt de gevormde Barrow-bende plunderend en moordend door Amerika. Hierbij zijn ze continu de sterke arm van de wet te slim af. Tevens weten ze op handige wijze de media te bespelen en een soort sterrenstatus te bereiken. Hun road trip is echter van korte duur. In 1934 worden ze op brute wijze neergemaaid, na in een hinderlaag van de politie te zijn gelopen...
Waargebeurd verhaal, enigszins glamoureuzer gemaakt dan het in werkelijkheid waarschijnlijk was. Beatty en Dunaway zagen er bijvoorbeeld stukken beter uit dan de personen die ze neerzetten. Het zij hen meer dan vergeven, want de chemie tussen de twee spat van het scherm. Hoewel op zich een ordinaire geweldsfilm, bevat de film te veel nuances om slechts daarvan te spreken. De personages is zowel door schrijvers als vertolkers veel body meegegeven en hun schaduwkanten worden fraai blootgelegd.
Al bij al een vakkundige film van Arthur Penn met een uitstekende rolbezetting. Let vooral op Gene Wilder met een vermakelijke bijrol. Dat Estelle Parsons een Oscar kreeg voor haar acteren, is op zijn minst merkwaardig te noemen. Zij was nota bene de slechtst acterende van de gehele cast!